‘Mes flink in veehouderij’ kopte Telegraaf op de voorpagina van afgelopen vrijdag. Dit zou de conclusie zijn van een nog niet openbaar adviesrapport over het beteugelen van de stikstofproblematiek. Cees Veerman, voormalig minister van LNV en stikstofprofessor Jan Willem Erisman zijn drijvende krachten achter het aankomende rapport, waarvan steeds meer details uitlekken.

Telegraaf wist de hand te leggen op de hoofdlijnen van het rapport, dat volgende week wordt aangeboden aan het ministerie van LNV. STAF beschikt inmiddels over enkele notities, die meer details prijsgeven.

Aanleiding voor het nieuwe adviesrapport vormt een overleg van de minister van LNV met de trekkers van het initiatief ‘Regie op Ruimte’, in mei dit jaar. Deze trekkers zijn:  Cees Veerman, Jan Willem Erisman, Krijn Poppe en Willem Lageweg, Transitiecoalitie Voedsel en de Boerenraad. In dat overleg is de vraag gesteld hoe kortetermijnmaatregelen snel en stevig kunnen bijdragen aan de langetermijndoelen voor stikstof en klimaat. Met daarbij de voorwaarde dat de maatregelen niet mogen leiden tot grote marktverstoringen voor de landbouw en oneigenlijke vermogensvorming.

In het aankomende adviesrapport wordt uitgegaan van het gedachtengoed van ‘Regie op Ruimte’.

Maatregelen korte termijn

Op korte termijn zien de initiatiefnemers eigenlijk geen rol voor innovaties. De enige korte termijnmaatregel is krimp van de veestapel, waarbij dierrechten (intensieve veehouderij) en fosfaatrechten (rundveehouderij) uit de markt worden gehaald. Dit levert indirect een bijdrage aan vermindering van de emissies van stikstof en CO2.

De initiatiefnemers pleiten voor het opkopen van productierechten bij piekbelasters. Te beginnen in de Gelderse Vallei en rondom natuurgebieden op de zandgronden. In de Gelderse Vallei zal een kleine 70% van de emissies moeten verdwijnen. Bedrijven die niet in staat zijn de emissies fors terug te brengen, komen als eerste in aanmerking voor opkoop. Op de vrijgekomen ruimte moet vervolgens een natuur-inclusieve vinex-wijk verrijzen. De projectontwikkelaars van de vinex-wijk betalen de uitkoop van de boeren.  

Naast de zandgronden en de Gelderse Vallei, is er nog een gebied waar bij voorrang uitkoop of extensivering wordt voorgesteld: de veenweidegronden in het Groene Hart. Hier gaat het om 50 procent emissiereductie. Het Groene Hart is een minder grote piekbelastende regio, maar wel een regio waar voor bouw en industrie in de omgeving, veel stikstofruimte nodig is.

Maatregelen middellange termijn

Voorgesteld wordt om per regio een limiet te stellen aan de maximale emissies. En verder de beste gebieden aan te wijzen voor landbouw, en ook alvast gebieden aan te wijzen voor woningbouw, infrastructuur, energiewinning en natuur. Zodat gebiedsprocessen kunnen aanvangen en de agrariërs in die gebieden weten waar zij aan toe zijn.

De initiatiefnemers pleiten ten slotte voor verhandelbare CO2- en ammoniakrechten, in aanvulling op fosfaatrechten (met afroming). Dat heeft als voordeel dat de blijvende boeren meebetalen aan de uitkoop van wijkende boeren. Verder willen de initiatiefnemers voordelen inbouwen voor extensieve bedrijven.

(Foto Gelderse Vallei: Shutterstock / Sjoerd Bezemer)

Deel via: